De planeten draaien in vrijwel hetzelfde vlak rond de Zon. Dat kunnen we vanaf de Aarde goed zien.
Bijna alle planeten bewegen zich in vrijwel dezelfde boog langs de hemel.
Vele eeuwen lang werd gedacht dat de planeten in perfecte cirkelbanen rond de Zon draaiden. Onderzoeken door Johannes Kepler (3e wet van Kepler), Isaac Newton (Gravitatiewet) brachten aan het licht dat een planeetbaan ellipsvormig is. De baan van een planeet is het gevolg van zwaartekracht en de snelheid waarmee de planeet rond de Zon beweegt (die snelheid heeft de planeet gekregen bij de vorming van het zonnestelsel).
De afstand van de Aarde tot de planeten is afhankelijk van de positie in de elliptische baan.
In de tabel hiernaast staan de langste en kortste afstanden tussen de planeten en de Aarde in kilometers
en in lichtminuten (de tijd die het weerkaatste zonlicht nodig heeft om Aarde te bereiken).
We kijken dus steeds in het verleden.
Planeet | Kortste afstand (km) | Kortste afstand (licht*) | Langste afstand (km) | Langste afstand (licht*) |
---|---|---|---|---|
Mercurius | 77.300.000 | 4 min en 3 sec | 221.900.000 | 12 min en 18 sec |
Venus | 38.200.000 | 2 min 6 sec | 261.000.000 | 14 min en 30 sec |
Mars | 54.600.000 | 3 min | 401.400.000 | 22 min en 18 sec |
Jupiter | 588.500.000 | 32 min en 42 sec | 968.500.000 | 53 min en 56 sec |
Saturnus | 1.205.500.000 | 1 uur en 6 min | 1.658.600.000 | 1 uur en 30 min |
Uranus | 2.580.600.000 | 2 uur en 18 min | 3.135.500.000 | 2 uur en 56 min |
Neptunus | 4.319.000.000 | 4 uur | 4.711.000.000 | 4 uur en 18 min |
Pluto | 4.284.700.000 | 3 uur en 54 min | 7.528.000.000 | 6 uur en 54 min |
Mercurius is de kleinste planeet van ons zonnestelsel, iets groter dan onze maan.
Samen met Venus, Aarde en Mars is het een rotsplaneet, bestaande uit gesteenten en metalen.
Mercurius staat het dichtst bij de zon en is alleen vlak vóór zonsopkomst of ná zonsondergang te zien.
Zonlicht is 3,2 minuten onderweg naar Mercurius.
Venus is de tweede planeet vanaf de zon en staat tussen Mercurius en de Aarde in.
De oppervlakte van Venus is rotsachtig net als Mercurius. Venus heeft een zeer dichte atmosfeer
waardoor ze warmte vasthoudt. Vanaf Aarde is Venus zeer helder zichtbaar vanwege de reflectie
van het zonlicht op atmosfeer van Venus.
Net als Mercurius is ook Venus rond zonsopkomst of zonsondergang te zien.
Tweemaal elke 120 jaar trekt Venus voor de zon langs. De laatste keer was dit op 5 juni 2012,
de volgende overgang zal in December 2117 zijn.
Zonlicht is 6 minuten onderweg naar Venus.
Een Tessera.
Haasttse-baad Tessera, bevat een cirkelvormige, meervoudige ringstructuur die 1.500 km breed is. Niemand had eerder zoiets gezien.
De Aarde is de derde planeet vanaf de Zon gezien. Het is een rotsachtige planeet die voor 70% bedekt is
met water. Door de unieke samenstelling van de atmosfeer zijn wij in staat te ademen.
Zonlicht is 8 minuten onderweg naar de Aarde.
Mars is de vierde rotsachtige planeet in ons zonnestelsel. Mars is ongeveer half zo groot als de aarde en
heeft een ijle atmosfeer. Het oppervlak van Mars is buitengewoon interessant.
Veel landschappen op Mars vertonen kenmerken die doen denken aan landvormen op aarde, zoals rivierdalen,
klippen, gletsjers en vulkanen. De beddingen zijn tekenen van aanwezigheid van water in het verleden.
Zandduinen, gevormd door wind, beslaan grote delen van het oppervlak.
Zonlicht is 13 minuten onderweg naar Mars.
Mars heeft in de ontwikkeling van de kennis van het universum een belangrijke rol gespeeld. Door de baan van Mars te volgen vanaf de aarde werd uiteindelijk duidelijk dat niet de aarde het centrum van het zonnestelsel was, maar de Zon.
Op een afstand tussen 315 en 480 miljoen kilometer van de Zon, tussen de baan van Mars en Jupiter, vinden we de Asteroidengordel.
Dit is een gebied waar veel rotsachtige restanten die na de vorming van het zonnestelsel overbleven, rondhangen.
De vorm van de band is die van een donut. Alle asteroïden samen hebben de omvang van ongeveer 4% van de Maan.
Ceres is de grootste asteroïde in de gordel en maakt 30% van de massa van de asteroïdengordel uit.
Slechts 8 asteroïden (waaronder Ceres) zijn bolvormig en groter dan 300 km in doorsnee.
In 2014 is de Rosetta sonde geland op komeet '67P/ Churyumov-Gerasimenko', een van de asteroïden in de gordel.
Jupiter is de vijfde planeet vanaf de Zon en is de grootste planeet in ons zonnestelsel.
Jupiter is als eerste planeet in ons zonnestelsel gevormd.
Ze mist een vast oppervlak. Rondom een mogelijk vaste of vloeibare kern is een atmosfeer gevormd
van met name waterstof en helium.
Door de telescoop gezien is Jupiter met zijn pastelkleuren een magnifiek gezicht.
De wolkenbanden in de tinten wit, geel, bruin en rood zijn echter niet zo rustig als ze lijken.
De grote rode vlek is een enorme storm die al meer dan driehonderd jaar woedt,
met windsnelheden tot meer dan 600 km/uur.
Zonlicht is 43 minuten onderweg naar Jupiter.
Jupiter is door zijn omvang, en dus zwaartekracht, de beschermer van het zonnestelsel.
Dat werd tastbaar toen in Juli 1994 een komeet (Shoemaker-Levy 9) insloeg op Jupiter.
De komeet werd in 1993 ontdekt in een baan om Jupiter en was in 20 stukken uiteengevallen.
Aangenomen wordt dat de komeet al bijna 10 jaar rond Jupiter bewoog.
In 1994 bracht de Hubble ruimtetelescoop de inslagen in beeld.
De James Webb Space telescope, gelanceerd in December 2021 en actief sinds 12 juli 2023,
heeft nieuwe beelden van Jupiter gemaakt.
Op deze foto zijn poollichten, ringen en enkele manen te zien.
Saturnus is de zesde planeet vanaf de Zon en is de op een na grootste planeet in ons zonnestelsel.
Saturnus is negen maal zo breed als de aarde.
Net als Jupiter heeft Saturnus geen vast oppervlak, maar bevat het voornamelijk waterstof en helium.
Een bijzonder opvallend kenmerk van Saturnus zijn de mooie ringen die bestaan uit ijs- en rotsdeeltjes.
Zonlicht is 1 uur en 20 minuten onderweg naar Saturnus.
Uranus is de zevende planeet in ons zonnestelsel.
Het is een ijsgigant met een vaste rotsachtige kern en is ongeveer 4 maal zo groot als de aarde.
Door het methaan in de dikke atmosfeer krijgt Uranus haar blauwe kleur.
Net als Saturnus heeft ook Uranus ringen.
Zonlicht is 2 uur en 40 minuten onderweg naar Uranus.
Neptunus is de achtste planeet in ons zonnestelsel. Het is een ijsgigant, viermaal de omvang van de aarde.
Ook Neptunes krijgt haar blauwe kleur door methaan in haar atmosfeer.
Zonlicht is 4 uur onderweg naar Neptunus.
Pluto ging vele tientallen jaren door als de negende planeet van ons zonnestelsel,
echter in 2006 werd Pluto geclassificeerd als dwergplaneet. Pluto is een ijsplaneet
die ongeveer 2/3 maal de omvang van de maan heeft.
De baan die Pluto rond de zon maakt wijkt sterk af van de andere planeten.
Zonlicht is 5,5 uur onderweg naar Pluto.
Wanneer is een object in ons Zonnestelsel een planeet?
Dat heeft de International Astronomical Union (IAU) in 2006 bepaald.
Een planeet:
Pluto is in 1930 ontdekt door Clyde Tombaugh die fotografische platen met elkaar vergeleek.
Pluto was een puntje kleiner dan deze .
In 1994 legde de in 1990 gelanceerde Hubble ruimte telescoop voor het eerst Pluto en zijn maan Charon vast.
In 1996 werden voor het eerst details van het oppervlak vastgelegd.
In 2010 werden foto's, gemaakt in 2002-2003 digitaal bewerkt.
Het gaf zicht op een complex en gevarieerd oppervak in wit, oker en houtskool-zwart.
Op 14 juli 2015 vloog de New Horizons langs Pluto.
Voor het eerst sinds zijn ontdekking in 1930 kregen we een duidelijk beeld van Pluto.
Pluto kent bergen, dalen, vlakten, kraters en mogelijk gletsjers.
Pluto gaf de aardbewoners op dat historische moment een knipoog: een ijsvlakte te zien in de vorm van een hart. Hoezo dwergplaneet!
De Kuipergordel is een grote hoeveelheid ijs-achtige objecten die buiten de baan van Neptunus,
een baan beschrijven rond de Zon.
Pluto is een van de grootste objecten van de Kuipergordel.
De verkenning van de Kuipergordel door de mens is nog maar net begonnen.
De New Horizons sonde is na het passeren van Pluto onderweg naar de Kuipergordel.
Buiten de Kuipergordel bevindt zich de Oortwolk. We hebben dan de uiterste delen van ons zonnestelsel bereikt.
De Oortwolk is geen 'schijf' van ijsachtige objecten, maar een sfeer (bol) rond het zonnestelsel.
Zowel de Kuipergordel als de Oortwolk zijn een bron van meteoren.